Vermogensrendementsheffing, oftewel de belasting over vermogen in box 3 (voortaan: vermogensbelasting) wordt geheven over "het voordeel uit sparen en beleggen". Maar ook over het inkomen in box 2 wordt belasting geheven. Je moet dan wel, al dan niet samen met jouw partner, een aanmerkelijk belang hebben.
Belastbaar inkomen uit box 2
Wanneer we spreken over inkomstenbelasting in box 2 dan hebben we het over een aanmerkelijk belang. Je wordt in box 2 pas in de belastingheffing betrokken als je meer dan 5% van de aandelen bezit in een binnenlandse of buitenlandse vennootschap, al dan niet samen met jouw partner. Maar er zijn meer voorwaarden. Wil je precies weten wat deze voorwaarden inhouden en of ze van toepassing zijn op jouw persoonlijke situatie? Lees dan deze pagina op de website van de Belastingdienst zorgvuldig door.
Belastbaar inkomen uit box 3
Wanneer we spreken over vermogensbelasting in box 3 dan hebben we het hoofdzakelijk over de vermogens van particulieren. Ook wordt bij de heffing van deze belasting wederom rekening gehouden met tal van fiscale aspecten. Bijvoorbeeld of je gehuwd bent of een geregistreerd partnerschap hebt. In dat geval is er sprake van een fiscaal partnerschap. Maar ook hier gelden nog andere voorwaarden. Wil je precies weten wat deze voorwaarden inhouden en of ze van toepassing zijn op jouw persoonlijke situatie? Lees dan deze pagina op de website van de Belastingdienst zorgvuldig door.
Er worden drie soorten vermogensbestandelen samengeteld om te komen tot het box 3 inkomen. De Belastingdienst noemt dit 'het voordeel uit sparen en beleggen'. Namelijk 1, de banktegoeden. En 2, de beleggingen en overige bezittingen. Deze twee vermogensbestandelen tel je bij elkaar op en de uitkomst verminder je met 3, de aftrekbare schulden.
De verschillende vermogensbestandelen worden dus op eigen wijze belast met vermogensbelasting.
2023: Banktegoeden 0,92%
+ Beleggingen en andere bezittingen 6,17%
- Schulden 2,46%
2024: Banktegoeden 1,03%
+ Beleggingen en andere bezittingen 6,04%
- Schulden 2,47%
De definitieve percentages voor banktegoeden en de schulden staan nog niet vast. Dit gebeurt pas begin 2025.
Let op: vergeet niet de waarde van contant geld mee te nemen in de berekening. Het wordt belast als het boven de vrijstelling uitkomt. Ook de waarde in een VvE wordt meegenomen in de berekening. Dus bezit je een flat of appartement met een VvE dan wordt jouw aandeel daarin ook belast met vermogensbelasting als de waarde boven de vrijstelling uitkomt. In de praktijk komt dit neer op het aandeel in het saldo van de bankrekening van de VvE. Lees ook de pagina (zie Belastbaar inkomen box 3) op de website van de Belastingdienst als er in jouw specifieke situatie sprake is van spaartegoeden in het buitenland, premiedepots, niet vrijgestelde groene spaartegoeden en de waarde van een (bouw-) depot. Ook als daar vermogensbestandelen tussen zitten waar je op dit moment niet aan kunt komen. Het valt allemaal onder het kopje Banktegoeden en ze worden belast met 0,92% in 2023.
Met betrekking tot Beleggingen en andere bezittingen is er extra aandacht nodig voor niet vrijgestelde groene beleggingen, vorderingen op familie of op derden, een tweede woning, een woning in de verhuur en cryptovaluta. Zelfs een winnend lot valt onder de vermogensbelasting. Ook als je deze nog niet hebt geïnt.
Tenslotte blijven de Schulden over. Let er daarbij in het bijzonder op dat dit een aftrekpost is. Het totaal verlaagt de positieve waarde van de banktegoeden en de schulden. Er zijn een achttal schulden die je mag opvoeren in box 3. Ze zijn allemaal meegenomen in de online rekentool hieronder. Zelfs schulden die je hebt gemaakt voor een leuke vakantie of om daarmee beleggingen te financieren. Dus lees deze pagina op de website van de Belastingdienst zorgvuldig door als je hierover meer informatie wilt. Ten aanzien van de schulden geldt er een drempelbedrag. De schulden worden verminderd met dit drempelbedrag en vormen zo de aftrekbare schulden.
Fiscaal partnerschap
Het voordeel van het hebben van een fiscaal partner is dat je vermogen onder elkaar mag verdelen. Je bent fiscaal partner met iemand anders vanaf het moment dat je getrouwd bent of een geregistreerd partnerschap bent aangegaan. Maar ook hier zijn mogelijkheden, zonder getrouwd of geregistreerd als partners, te kunnen opteren voor een fiscaal partnerschap. Wil je hierover meer informatie lees dan deze pagina zorgvuldig door.
Overbruggingswetgeving in de belastingjaren 2023 tot en met 2025
Toen enkele jaren geleden de rente op een spaarrekening aangehouden bij de bank nog 0% was, waren er
belastingplichtigen die het niet eerlijk vonden dat de Belastingdienst hen vermogensbelasting liet betalen op basis
van niet reële rendementen over deze spaartegoeden. En zij maakten daartegen schriftelijk bezwaar.
Het was volkomen duidelijk dat deze rendementen nooit werden behaald omdat de rente op een Nederlandse spaarrekening
nu eenmaal op nul stond in die tijd. De Belastingdienst belastte deze fictieve rendementen met vermogensbelasting.
Uiteindelijk maakte de Hoge Raad met een uitspraak, het zogenaamde Kerstarrest, Wet rechtsherstel box 3,
(kamerstuk 36203),
een einde aan deze vorm van belastingheffing over fictieve rendementen. De Hoge Raad was het eens met de
bezwaarmakende belastingbetalers.
De Hoge Raad oordeelde dat er uitsluitend vermogensbelasting geheven mag worden over daadwerkelijk behaalde
rendementen en dus niet over fictieve rendementen. Dit leidde tot Wetsvoorstel Overbruggingswet box 3
(kamerstuk 36204) voor de belastingjaren 2023 tot en met 2025.
Wil je precies weten wat dit wetsvoorstel inhoudt? Lees dan deze pagina op de website van de de Eerste Kamer zorgvuldig door.
Anti-peildatumarbitrage
Maar er is meer veranderd. De Belastingdienst ziet er op toe dat je geen handelingen verricht om vermogensbelasting te ontwijken (dit is niet nieuw) door bijvoorbeeld beleggingen voor het einde van een belastingjaar te verschuiven naar jouw banktegoeden omdat je dan respectievelijk 0,92% vermogensbelasting betaalt in plaats van 6,17% (2023). Als je toch beleggingen verkoopt om andere redenen dan het ontwijken van vermogensbelasting is het toegestaan maar je zult dit wel goed moeten kunnen onderbouwen. Het gaat dan om andere zakelijke redenen. Wil je liever geen vermogensbelasting betalen in het bovenstaande voorbeeld dan zul je de banktegoeden pas na 1 april van het volgende jaar weer kunnen omzetten in beleggingen. Dit wordt de anti-peildatumarbitrage, of ook wel de arbitrageperiode box 3 genoemd.
De vooraf ingevulde aangifte inkomstenbelasting (VIA)
De Belastingdienst vult de meeste zaken in de aangifte inkomstenbelasting al voor jou in. Wanneer je voor de eerste keer jouw aangifte online opent via 'Mijn Belastingdienst' op de website van de Belastingdienst dan zie je dat de meeste zaken er al netjes in staan. Dit wordt de vooraf ingevulde aangifte inkomstenbelasting genoemd (VIA). Je moet dan wel wachten met het openen van de aangifte inkomstenbelasting tot 1 maart na het betreffende belastingjaar. Voor 1 maart is de aangifte inkomstenbelasting namelijk nog niet voorgevuld. Het enige wat er van jou nog wordt verwacht is dat je aanvult wat ontbreekt en goed kijkt of hetgeen dat al vooraf is ingevuld ook daadwerkelijk klopt. Klopt er iets niet wijzig dat dan voordat je de aangifte indient.
NB: uitleg over alle woorden in de kleur blauw (met uitzondering van de titels) vind je in de financiële begrippenlijst | A tot Z. Blauwe woorden die onderstreept zijn linken naar andere pagina's met meer uitleg. De financiële begrippenlijst opent in een apart tabblad en daardoor zijn beide pagina's tegelijk te gebruiken. Vind je dit onderdeel moeilijk of kun je wel wat hulp hierbij gebruiken? Laat je dan coachen door een van de ondernemerscoaches van bedrijfsrekenen.nl.
Vul de gevraagde gegevens in en klik op berekenen om de vermogensbelasting te berekenen.
Wil je precies weten hoe je het onderstaande formulier correct invult? Kijk dan eerst dit filmpje met ondertiteling.